Home > Daggebruik > Kassa > Kasopmaak
Eerst natuurlijk de vraag: waarom zou je de kasopmaak doen?
Het antwoord daarop is simpel, zo weet jij dat je kassa klopt. Dus welke inkomsten je hebt gehad en welke uitgaven en of dit klopt met elkaar. Als jij te weinig geld in kas hebt met wat er binnen zou zijn moeten gekomen kan je nagaan of er iemand te weinig heeft betaald, niet heeft betaald of dat er per ongeluk niet is afgerekend terwijl je wel geld in de kassa hebt.
1. Hoe maak je de kas op? Bekijk onderstaand filmpje
Aan het einde van de werkdag ga je naar de ‘Kassa’ > Kasopmaak
Kies door welke medewerker (of jezelf) de kas opgemaakt wordt
Begin Wisselgeld: het geld dat je vanmorgen in de kassa had zitten, dit wordt automatisch overgenomen van de vorige dag, als hier € 0 staat dan moet je éénmalig het bedrag invullen dat vanmorgen in je kassa aan wisselgeld zat.
Kassa uitgaven/ aanvullingen: Heb je nog lectuur of boodschappen gekocht met het geld uit de kassa? Dan moet je dit hier invullen.
Kassa telling: Vul hier per munt in hoeveel je ervan in je kassa hebt zitten.
Kassa telling: Geef vervolgens aan hoeveel er aan pin (als je die hebt) gepind is. Dit kan je zien door een eindbon van het pinapparaat te maken.
Helemaal onderaan zie je een vakje staan waar je nog iets kan invullen: bij ‘Uit kassa gehaald’. Hier kan je invullen hoeveel contant geld je op je eigen bankrekening wilt gaan storten en niet als wisselgeld in je kassa voor de volgende dag wilt houden.
Alles ingevuld? Klik dan op ‘Opslaan’.
Kies vervolgens voor ‘Kasstaat Overzicht’
In het Kasstaat Overzicht kan je zien of je een kasverschil hebt of niet.